Testpagina

 

Precieze criteria

Hoe herken je de kernverschijnselen van ASS

Criterium A (belangrijkste criterium)

  1. Een tekort in sociale communicatie en interactie bestaat wanneer de sociale of emotionele wederkerigheid in het gedrag van het kind ten opzichte van anderen niet klopt in vergelijking met het gedrag van leeftijdgenoten. Enkele voorbeelden: het kind reageert niet op roepen van zijn naam, kijkt niet samen met ouder of verzorger naar speeltjes; als peuter/kleuter gaat het sociale omgang met leeftijdgenootjes niet aan of het reageert niet of verkeerd op hun initiatieven; in gesprekken houdt het zich niet aan beurt nemen, het gaat niet in op wat de gesprekspartner inbrengt en/of het houdt zich niet aan andere gebruiken in de mondelinge communicatie (zie ENCYCL Taalpragmatiek); het deelt interesses of gevoelens niet
  2. Voorbeelden van een tekort in non-verbaal gedrag dat gebruikelijk is in de sociale omgang: het kind is opvallend zwak in contactneming met de ander; het komt niet of heel kort tot oogcontact; het begrijpt gebaren niet of verkeerd; het heeft zelf weinig gelaatsmimiek en het interpreteert gelaatsuitdrukkingen van anderen niet of verkeerd
  3. Tekorten in aangaan, onderhouden en begrijpen van relaties kunnen worden afgeleid uit o.a.: anders dan leeftijdgenootjes past het kind zijn gedrag niet of met veel moeite aan bij de omstandigheden; het heeft moeite om deel te nemen in fantasiespel; het heeft moeite met vriendjes maken of het heeft geen merkbare belangstelling voor leeftijdgenoten

Criterium B

  1. Herhaling en stereotypie blijken uit bijvoorbeeld telkens herhalen van bepaalde bewegingen (zoals fladderen met de handen) of geluiden; altijd maar weer torens van acht blokken bouwen; laden openen en sluiten; telkens weer nazeggen wat iemand in de omgeving zegt (echolalie); telkens (te pas en te onpas) herhalen van bepaalde al dan niet begrijpelijke frases (verbale idiosyncrasieën: frases zonder begrijpelijke context zoals “triepel A Marowijne koekoek”)
  2. Vasthouden aan routines en geritualiseerde gedragspatronen kun je herkennen aan bijvoorbeeld overmatige weerstand tegen en extreem verdriet om ogenschijnlijk kleine veranderingen; star vasthouden aan bepaalde denkpatronen; begroetingsrituelen; een dwangmatige hang om elke dag hetzelfde te eten, dezelfde weg naar bijvoorbeeld school te lopen, telkens onderweg de met de voeten geraakte stoeptegels te tellen en zo meer
  3. Voorbeelden van gefixeerde en beperkte belangstellingen die opvallen door hun intensiteit en onderwerp: in de peuterleeftijd niet de ruimte verkennen maar als gefixeerd kijken naar de beweging van de was achter het wasmachinevenster; in de schoolleeftijd de grote kennis van een voor andere kinderen vaak minder belangwekkend onderwerp zoals alle hoofdsteden van de wereld, daar heel veel mee bezig zijn en louter via dat onderwerp interactie met anderen hebben
  4. Overmatige gevoeligheid voor veranderingen in de omgeving blijkt uit onder- of overreageren op zintuiglijke informatie. Het kind is bijvoorbeeld gefascineerd door licht, geuren of smaken. In combinatie met de onder punt B1 beschreven neiging tot herhaling en stereotypie observeert men dat het kind lang achtereen en vaak kijkt in schel (tl-)licht, bijna niet te onderbreken is in het maken van geluiden of als gefascineerd blijft voelen aan bepaalde materialen (ruwe/zachte weefsels of de hand strijken langs ribben van de verwarmingsradiatoren die bij aanraken ook nog geluid maken). Een ander voorbeeld is onder- of overreageren op temperaturen of pijn

Het Leo Kannerhuis (www.leokannerhuis.nl/) stelt op zijn site een informatieve zelftest voor bezorgde ouders van kinderen tot 6 jaar beschikbaar.

Verschillen in ernst

DSM-IV was categoriaal, rekende met andere woorden alleen met aan- of afwezigheid van de verschijnselen. DSM-5 is dimensioneel. Dat wil zeggen dat DSM-5 nadrukkelijk drie ernstgraden onderscheidt, afhankelijk van de steun die het kind moet worden geboden in elk van beide kerndomeinen

  • De geringste mate van ernst (graad 1) geldt als het kind “ondersteuning vereist”. Zonder ondersteuning zijn tekorten in sociale communicatie merkbaar, leidt gebrek aan flexibiliteit tot problemen in verschillende levenssituaties en wordt onafhankelijk functioneren belemmerd door gebrekkige organisatie en planning
  • Graad 2 geldt als het kind “wezenlijke ondersteuning vereist”. De problemen zijn voor iedereen overduidelijk en het kind komt zonder ondersteuning in nood
  • Graad 3 betekent dat het kind “zeer wezenlijke ondersteuning vereist”. Ernstige tekorten in verbale en non-verbale sociale communicatieve vaardigheden veroorzaken ernstige stoornissen in het functioneren: zeer beperkt aangaan van sociale interacties en minimale respons op door anderen uitgelokt contact. Hierbij moet men denken aan een kind met heel weinig begrijpelijke spraak dat niet of alleen als het in nood is tot interactie met anderen komt.

Gebruikte bronnen: 

  1. De bovenstaande tekst is overgenomen van de website van de Kinderneuropsychologie, klik op deze link voor meer informatie.
    In de bovenstaande bron is een tekst geplaatst over autismespectrumstoornissen (ASS). De aanleiding daartoe was het verschijnen van de 5de editie van het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM-5) in Mei 2013. Enige kanttekeningen bij de vernieuwingen in vergelijking tot de 4de editie van de DSM en een overzicht van door de COTAN (Commissie Testaangelegenheden Nederland van het Nederlands Instituut voor Psychologie) beoordeelde testinstrumenten ten behoeve van de diagnostiek van autisme zijn toegevoegd.Zie deze link voor de bron.
  2. De reguliere ontwikkeling van kinderen is o.a. in dit rapport in kaart gebracht.
  3.  Uitleg DSM:
    -Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (kortweg DSM, letterlijk ‘diagnostisch en statistisch handboek voor psychische stoornissen’) is een Amerikaans handboek dat in de meeste landen als standaard in de psychiatrische diagnostiek dient.
    – De DSM doet vooral uitspraak over de belemmering in het dagelijks functioneren (persoonlijk, relationeel, sociaal, beroepsmatig).
Autisme bij vrouwen

Het lijkt soms alsof autisme vooral bij mannen voorkomt, maar zo’n 20% van de mensen met een autisme spectrumstoornis is vrouw. Doordat ze de klachten zo goed weten te verbloemen, komt de diagnose soms pas laat.

Onderzoek
Uit onderzoek blijkt dat autisme spectrumstoornissen (ASS) vaker voorkomen bij mannen dan bij vrouwen. “Uit onderzoek weten we dat 20 procent van de mensen met een autisme spectrumstoornis vrouw is”. Dit zou wel eens een vertekend beeld kunnen zijn, want de diagnose lijkt in de praktijk wel vaker gemist te worden bij meisjes en vrouwen. “Het zou kunnen dat we autisme bij vrouwen gewoon minder snel onderzoeken, laat staan ontdekken. Wat in de toekomst misschien gaat helpen om vrouwen sneller te diagnosticeren, is de huidige toevoeging van overgevoeligheid voor prikkels aan de definitie van autisme in de DSM, het handboek voor psychiaters. Dit is vooral iets waar vrouwen met autisme last van hebben, dus dat zou tot meer diagnoses kunnen leiden.”, aldus Michiel Bosman.

Verbergen autistische eigenschappen
Doordat vrouwen vaak al als meisje leren hoe ze zich vrouwelijk moeten gedragen, kunnen ze hun autistische eigenschappen vaak goed verbergen voor de buitenwereld. Ook hebben ze als meisje niet dezelfde fascinaties als autistische jongens, zoals vliegtuigen of treinen spotten. Wel kunnen meisjes met autisme zich ‘verliezen’ in onderwerpen als paarden, knuffeldieren, prinsessen of celebrities. Vrouwen met autisme snappen de sociale regels doorgaans beter dan mannen met autisme. Vrouwen hebben daardoor soms zelf niet in de gaten dat ze autisme hebben en de omgeving ook niet. Ondertussen kost het verbloemen van autisme veel energie. Vrouwen met autisme moeten vaak op allerlei terreinen in hun leven op hun tenen lopen en kunnen somber en angstig worden.

Diagnose autisme bij vrouwen
De diagnose autisme kan voor zulke vrouwen een enorme opluchting zijn. Ze begrijpen nu waardoor ze zich altijd anders en onbegrepen hebben gevoeld.

Bron: Dokterbosman

Autisme bij vrouwen

Het lijkt soms alsof autisme vooral bij mannen voorkomt, maar zo’n 20% van de mensen met een autisme spectrumstoornis is vrouw. Doordat ze de klachten zo goed weten te verbloemen, komt de diagnose soms pas laat.

Onderzoek
Uit onderzoek blijkt dat autisme spectrumstoornissen (ASS) vaker voorkomen bij mannen dan bij vrouwen. “Uit onderzoek weten we dat 20 procent van de mensen met een autisme spectrumstoornis vrouw is”. Dit zou wel eens een vertekend beeld kunnen zijn, want de diagnose lijkt in de praktijk wel vaker gemist te worden bij meisjes en vrouwen. “Het zou kunnen dat we autisme bij vrouwen gewoon minder snel onderzoeken, laat staan ontdekken. Wat in de toekomst misschien gaat helpen om vrouwen sneller te diagnosticeren, is de huidige toevoeging van overgevoeligheid voor prikkels aan de definitie van autisme in de DSM, het handboek voor psychiaters. Dit is vooral iets waar vrouwen met autisme last van hebben, dus dat zou tot meer diagnoses kunnen leiden.”, aldus Michiel Bosman.

Verbergen autistische eigenschappen
Doordat vrouwen vaak al als meisje leren hoe ze zich vrouwelijk moeten gedragen, kunnen ze hun autistische eigenschappen vaak goed verbergen voor de buitenwereld. Ook hebben ze als meisje niet dezelfde fascinaties als autistische jongens, zoals vliegtuigen of treinen spotten. Wel kunnen meisjes met autisme zich ‘verliezen’ in onderwerpen als paarden, knuffeldieren, prinsessen of celebrities. Vrouwen met autisme snappen de sociale regels doorgaans beter dan mannen met autisme. Vrouwen hebben daardoor soms zelf niet in de gaten dat ze autisme hebben en de omgeving ook niet. Ondertussen kost het verbloemen van autisme veel energie. Vrouwen met autisme moeten vaak op allerlei terreinen in hun leven op hun tenen lopen en kunnen somber en angstig worden.

Diagnose autisme bij vrouwen
De diagnose autisme kan voor zulke vrouwen een enorme opluchting zijn. Ze begrijpen nu waardoor ze zich altijd anders en onbegrepen hebben gevoeld.

Bron: Dokterbosman

Voorbeeld(en) uit de praktijk

Het lijkt soms alsof autisme vooral bij mannen voorkomt, maar zo’n 20% van de mensen met een autisme spectrumstoornis is vrouw. Doordat ze de klachten zo goed weten te verbloemen, komt de diagnose soms pas laat.

Onderzoek
Uit onderzoek blijkt dat autisme spectrumstoornissen (ASS) vaker voorkomen bij mannen dan bij vrouwen. “Uit onderzoek weten we dat 20 procent van de mensen met een autisme spectrumstoornis vrouw is”. Dit zou wel eens een vertekend beeld kunnen zijn, want de diagnose lijkt in de praktijk wel vaker gemist te worden bij meisjes en vrouwen. “Het zou kunnen dat we autisme bij vrouwen gewoon minder snel onderzoeken, laat staan ontdekken. Wat in de toekomst misschien gaat helpen om vrouwen sneller te diagnosticeren, is de huidige toevoeging van overgevoeligheid voor prikkels aan de definitie van autisme in de DSM, het handboek voor psychiaters. Dit is vooral iets waar vrouwen met autisme last van hebben, dus dat zou tot meer diagnoses kunnen leiden.”, aldus Michiel Bosman.

Verbergen autistische eigenschappen
Doordat vrouwen vaak al als meisje leren hoe ze zich vrouwelijk moeten gedragen, kunnen ze hun autistische eigenschappen vaak goed verbergen voor de buitenwereld. Ook hebben ze als meisje niet dezelfde fascinaties als autistische jongens, zoals vliegtuigen of treinen spotten. Wel kunnen meisjes met autisme zich ‘verliezen’ in onderwerpen als paarden, knuffeldieren, prinsessen of celebrities. Vrouwen met autisme snappen de sociale regels doorgaans beter dan mannen met autisme. Vrouwen hebben daardoor soms zelf niet in de gaten dat ze autisme hebben en de omgeving ook niet. Ondertussen kost het verbloemen van autisme veel energie. Vrouwen met autisme moeten vaak op allerlei terreinen in hun leven op hun tenen lopen en kunnen somber en angstig worden.

Diagnose autisme bij vrouwen
De diagnose autisme kan voor zulke vrouwen een enorme opluchting zijn. Ze begrijpen nu waardoor ze zich altijd anders en onbegrepen hebben gevoeld.

Bron: Dokterbosman